Scheikundige energie
Verbranding
Verbranding is een belangrijk deel van scheikundige energie. Deze energie gebruiken wij bij veel dingen die we op een dag doen. Als we de kachel iets warmer zetten, of juist kouder, ontstaat er een verbranding.
Als we iets willen verbranden hebben we drie dingen nodig. Deze drie dingen zitten in de verbrandingsdriehoek. De volgende dingen van de verbrandingsdriehoek zijn nodig:
- Genoeg zuurstof (wanneer er niet genoeg is, dooft de vlam)
- Een goede ontbrandingstemperatuur (als het te koud is, ontstaat er geen vlam)
- Een brandbare stof (als het niet brandbaar is, ontstaat er geen vlam)
Wanneer er van alle drie de dingen genoeg is, ontstaat er een volledige verbranding. Wanneer er echter te weinig zuurstof is, ontstaat er een onvolledige verbranding.
Endotherm en exotherm
Endotherm en exotherm zijn twee van de scheikundige thermen. De twee zijn het tegenovergestelde van elkaar. Elk organisme en elke stof is een endotherm of een exotherm.
Bij endotherm neemt het organisme/de stof de warmte op. Hierdoor wordt het dus warmer.
Bij exotherm stoot juist warmte af. Hierdoor wordt het weer kouder.
De grootheid van energie wordt word ook wel ‘Joule’ genoemd.
Wanneer het een reactie-energie is bij een endotherm, dus wanneer het op reageert en energie opneemt, wordt er een + aangegeven, plus het aantal Joule.
Wanneer het een reactie-energie is bij een exotherm, wordt er een – aangegeven, plus het aantal Joule.
Het periodiek systeem
Het periodiek systeem is een systeem waarin alle atomen te vinden zijn. Atomen zijn kleine deeltjes met een kern, met daaromheen allemaal elektronen.
Deze atomen zijn nog onderverdeeld in drie groepen:
De metalen, de halfmetalen en de niet metalen. Wanneer een atoom een metaal is, kun je het wel gewoon zien en is het hard. Dit zijn bijvoorbeeld metalen zoals koper. Halfmetalen zitten tussen de metalen en de niet metalen in. De niet metalen kun je niet zien, dus doorzichtig. Een voorbeeld hiervan is zuurstof.